Mensen met een angststoornis of fobie zijn erg bang voor normale dingen in het leven. Dit zijn situaties, plekken, dieren of dingen die de meeste mensen helemaal niet eng vinden. Soms kan de angst zo erg worden dat ze een heleboel activiteiten niet meer durven die ze eerder wel gewoon deden. Ook kan dit ervoor zorgen dat ze minder goed kunnen luisteren of sneller afgeleid zijn
Bij een angststoornis/fobie kan iemand angst voelen voor verschillende situaties, plekken, dieren of dingen. We geven hieronder extra informatie over de verschillende soorten angsten.
Als mensen een zeer grote angst voelen voor een aantal situaties of activiteiten dan noemen ze dat een gegeneraliseerde angststoornis. De angst duurt dan vaak een langere periode en is moeilijk onder controle te krijgen. Ze kunnen dan last hebben van een opgejaagd gevoel, moeite met concentreren, gespannen spieren en problemen met slapen. Dit kan er voor zorgen dat ze prikkelbaar reageren en snel moe zijn.
Mensen met een sociale fobie vinden ze het heel eng om samen met anderen te zijn, vooral als een prestatie van hen wordt verwacht. Ze zijn dan bang om negatief te worden beoordeeld en bovendien bang voor hun eigen reactie daarop zoals verlegenheid, blozen of trillen. Ze proberen vaak sociale situaties die angst oproepen te ontwijken. Dat is zo sterk dat ze dan niet meer normaal kunnen meedoen met het dagelijks leven.
Als mensen een specifieke fobie hebben, voelen ze aanhoudende en overdreven angst voor een specifieke situatie of voorwerp (bijvoorbeeld het zien van bloed, hoogte, een injectie krijgen of een bepaald dier). Ze weten vaak wel dat deze angst overdreven en niet logisch is, maar proberen contact met de situatie of het voorwerp te voorkomen of vermijden.
Bij een paniekstoornis hebben mensen regelmatig onverwachte paniekaanvallen. Een paniekaanval is een korte periode, waarin ze zich niet fijn of angstig voelen. Tijdens zo’n paniekaanval hebben ze vaak veel lichamelijke klachten, bijvoorbeeld:
hartkloppingen of snellere hartslag
zweten
trillen of beven
gevoel van kortademigheid of benauwdheid
gevoel te zullen stikken
pijn of onprettig gevoel op de borst
misselijkheid of buikklachten
duizeligheid, ‘licht gevoel’ in het hoofd, wankel of flauw gevoel
het gevoel er ‘niet helemaal meer bij te zijn’ of het gevoel dat de situatie niet echt is
Wat betekent dit voor jou?
Als je vader of moeder bang is of door de angst vreemde dingen doet, kan dat voor jou ook heel lastig zijn. Misschien heb je het gevoel dat het door jou komt dat je vader of moeder zich niet goed voelt, maar jij kan er ook niks aan doen. Het kan helpen om hierover te praten met je ouder.
“Mijn vader wil niet meer naar de verjaardag van mijn opa en oma. En wij krijgen bijna niemand meer op bezoek.”
-jongen met een vader met een angststoornis
Meer informatie
Wat betekent het precies om een angststoornis of fobie te hebben? Dit leggen ze uit in een Engelstalige filmpje van de Australische website COPMI. Bekijk hier het filmpje.