Wat is er aan te doen? Wat kan helpen de problemen van iemand te verminderen?
Iemand met psychische problemen of verslavingsproblemen is vaak in behandeling. Het doel van een behandeling is beter met de problemen om te leren gaan en/of uit te vinden hoe problemen zijn ontstaan om ze in de toekomst te voorkomen.
In behandeling leert deze persoon wat hij/zijn kan doen om minder last te hebben van de psychische problemen of verslavingsproblemen. Er zijn verschillende soorten behandeling: praten met een hulpverlener, medicijnen, gesprekken met anderen die hetzelfde meemaken of oefeningen om te leren hoe je je anders kan gedragen of voelen.
Krijgen mensen met psychische en/of verslavingsproblemen ook medicijnen?
Als onderdeel van de behandeling kan iemand met psychische problemen medicijnen voorgeschreven krijgen. Ook iemand met een verslaving gebruikt soms medicijnen. Dat kan tijdelijk zijn of voor een lange periode. Die medicijnen kunnen de problemen verzachten. Maar ze hebben ook bijwerkingen, zoals sufheid of vergeetachtigheid.
Sommige hulpverleners komen bij de persoon thuis om daar te helpen en met hem/haar te praten. Of iemand gaat voor een gesprek met een hulpverlener naar een zorginstelling toe. Dit wordt ook wel ambulante begeleiding genoemd.
Bij dagbehandeling wordt de hulp gegeven op een afdeling in een ziekenhuis, in een GGZ-instelling of in een instelling voor verslavingszorg. Iemand kan daar een paar dagen per week overdag naartoe voor behandeling van zijn of haar problemen. In de avond, nacht en in het weekend is hij/zij gewoon thuis.
Als de problemen van iemand zo groot zijn geworden dat hij/zij niet meer thuis kan blijven, dan wordt deze persoon opgenomen in een ggz- of verslavingszorginstelling. Soms is de opname zelfs verplicht. Dan is het voor die persoon niet meer veilig om in de eigen omgeving te blijven.
Als iemand wordt opgenomen voor een verslaving, dan kan dat betekenen dat die persoon stopt met het gebruik van het middel (alcohol, drugs, medicijnen of gokken). Dat is goed nieuws. Als iemand uit de instelling komt, moet die persoon nog veel doen om van het middel waarin ze verslaafd zijn af te blijven. Soms zijn er dan ook meerdere opnames nodig.
In de instelling wordt intensieve begeleiding gegeven met als doel de problemen te verminderen, zodat iemand daarna weer naar huis kan. Een opname kan kort of lang duren. Hij/zij volgt dan een vast programma van behandeling, activiteiten en huiselijke activiteiten met de andere mensen die in de instelling verblijven.
Wat betekent zo’n opname voor jou?
Als je vader of moeder opgenomen wordt, verandert er veel voor jou. Vooral als je nog thuis woont. Er moet veel geregeld worden in het huishouden. Misschien heb je ook nog een broer of zus die zorg nodig heeft. Het is goed wanneer je kunt helpen, maar bedenk dat het niet jouw verantwoordelijkheid is. Voel goed aan wat je eigen grenzen hierin zijn en geef dat ook aan.
Meestal is het mogelijk om te bellen met je vader of moeder of op bezoek te gaan. Wanneer dat kan, verschilt per instelling. Vraag ernaar of kijk op de website van de instelling. Daar staat vaak informatie of een nummer waar je naar kunt bellen om te informeren over bezoekmogelijkheden.
Type hulpverleners
Een hulpverlener of behandelaar is opgeleid om mensen met psychische of verslavingsproblemen te helpen. Er bestaan verschillende soorten hulpverleners, allemaal met hun eigen kennis, aanpak en behandelmogelijkheden. Het is daarom heel normaal als iemand meerdere hulpverleners ziet.
De huisarts is meestal de eerste hulpverlener die iemand spreekt als hij/zij last heeft van lichamelijke of psychische problemen. De huisarts heeft overal wel wat kennis van. Daarom kan hij of zij goede vragen stellen om erachter te komen wat er speelt. Ook kan de huisarts hulp bieden in het begin. Als er meer hulp nodig is, dan stuurt de huisarts hem/haar door naar een hulpverlener op dat specifieke gebied.
Een maatschappelijk werker komt thuis langs om te helpen met allerlei dagelijkse klussen. Bijvoorbeeld met geldzaken, dingen die moeten gebeuren in huis en verschillende praktische problemen die er spelen. Ook biedt hij of zij een luisterend oor. Een maatschappelijk werker geeft geen behandeling voor psychische problemen of verslavingen.
De praktijkondersteuner GGZ (POH GGZ) is in dienst bij de huisarts en helpt bij lichte/milde psychische problemen. Hij of zij kan iemand en zijn/haar gezin informatie geven, adviseren en kort behandelen.
Een psycholoog weet veel over psychische problemen en verslavingen. Hij of zij kan uitzoeken wat er precies aan de hand is met iemand. Dit onderzoek bestaat uit gesprekken, testen en vragenlijsten. Daarnaast geeft de psycholoog verschillende soorten behandelingen aan mensen met psychische problemen of verslavingen.
Een psychiater heeft geneeskunde gestudeerd en is dus arts. De psychiater geeft net als een psycholoog verschillende soorten behandelingen aan mensen met een psychisch probleem of een verslaving. Het verschil met een psycholoog is dat een psychiater ook medicijnen mag geven om klachten te verminderen.
Een psychotherapeut is gespecialiseerd in het behandelen van mensen met langdurige en zwaardere psychische problemen of verslavingen. Deze behandeling is vaak intensiever en langduriger dan die van een psycholoog.
Een sociaalpsychiatrisch verpleegkundige (SPV’er) is een verpleegkundige met kennis over psychische problemen en verslaving. Hij of zij kan thuis langskomen. Ook werkt deze hulpverlener vaak bij de dagbehandeling of op een opname afdeling. Hij of zij controleert hoe het lichamelijk met iemand gaat, geeft uitleg over medicijnen, bespreekt de bijwerkingen en helpt bij de behandeling.